‘Als hij dood gaat, ga ik ook dood’ gaat door mij heen als ik hoor dat mijn vader ongeneeslijk ziek is en mogelijk nog maar kort te leven heeft. Dat dit een onlogische conclusie is is dan helder voor me. Ik besluit in reïncarnatietherapie te gaan om uit te zoeken waar deze overtuiging is ontstaan. En dat gebeurt. Ruim een jaar later kan ik in alle rust aanwezig zijn bij het overgaan van mijn vader.
Mede door deze ervaring besluit ik in 1994 de opleiding tot reïncarnatietherapeut te volgen bij de Stichting Reïncarnatietherapie Nederland en na het behalen van mijn diploma begin ik met een parttime praktijk. Daarnaast werd ik, in samenwerking met Rob Bontenbal die het inhoudelijk werk deed, coördinator bij diezelfde opleiding. In 2006 nam ik afscheid van het werk bij de SRN.
Eind tachtiger jaren kom ik in aanraking met het werk van Thomas Gordon, een manier van communiceren die hij primair ontwikkelde voor ouders en later ook voor leidinggevenden en artsen. Ik volgde diverse cursussen en ben er enthousiast over. Later kwam ook de geweldloze communicatie op mijn pad en dat maakte voor mij het communicatieplaatje compleet. Het gaf mij handvatten om in verbinding te blijven met mijzelf en de ander bij confrontaties, van welke orde dan ook. Wezenlijke communicatie is een vanzelfsprekend onderdeel geworden van mijn levenswijze, evenals de filosofie van RT.
Mijn huidige leven startte in november 1954 in Maarssen. Vanaf de middelbare school was ik op zoek naar de zin van mijn leven. Dat pad bracht mij al vroeg buiten het reguliere en ik vond het antwoord bij de filosofie van reïncarnatietherapie, die ik tevens ervaar als een levenswijze.
Ik woon met mijn partner in Bilthoven en heb een praktijk aan huis. Ben LYMAR-partner, voorzitter van de SVR, lid en van de NVRT (Nederlandse Vereniging van Reïncarnatietherapeuten) en leertherapeut voor RTN-studenten.